Van woensdag 21 tot zaterdag 24 augustus zal dit jaar in Nancy (FR) weer de tweejaarlijkse conferentie “The Art of Management and Organisation” plaatsvinden. Het thema van dit jaar is ‘Total art for sustainable futures’. Vanuit het Lectoraat Change Management reizen Jacco van Uden en ondergetekende af naar Nancy om een workshop te verzorgen. De titel van deze workshop: “Theater in Higher Vocational Education: More Than Just an ‘Interlude’”.

Volgens Jacco van Uden, die deze internationale conferentie al een paar keer heeft bezocht, sluit de AoMO-conferentie goed aan bij ons Lectoraat dat immers ‘onderzoek op het randje’ doet. Tijdens AoMO-conferenties staan avontuurlijkheid, innovatie en creatieve praktijkgerichtheid voorop, waardoor er veel ruimte is voor experimenten die je niet vaak op ‘gewone’ conferenties tegenkomt. Dat komt waarschijnlijk omdat AoMO-conferenties uitdrukkelijk de relatie tussen kunst en management opzoeken. Of, zoals zij dat in eigen woorden formuleren: “the aim of this conference series has been to explore and promote the arts as a means of understanding management and organization”.

Vanuit het Lectoraat leveren we dit jaar onze bijdrage d.m.v. een workshop rond de ‘meerwaarde’ (om maar weer eens zo’n afschuwelijke managementterm te gebruiken) van theater in het onderwijs. Sinds enkele jaren experimenteer ik bij de opleiding HRM met theater en onderzoek ik of en op welke manier we de kracht van theater kunnen gebruiken om studenten op een andere manier naar de wereld te laten kijken, hun vermogen tot verbeelding aan te spreken, en hun fantasie en creativiteit te prikkelen. Dit alles vanuit de veronderstelling dat theater het beroepsonderwijs kan verrijken. Maar ook omdat theater, als kunstvorm, kan bijdragen aan een duurzame toekomst, want, zoals op de website van AoMO valt te lezen: “ Art is emotion … provocation … confrontation … protest … disruption … politics … activism … departure … development … reflection … transformation”.

Voor ons is de veranderende kracht van theater een gegeven, maar in de praktijk lopen we wel tegen bepaalde obstakels aan. Want hoewel de reacties van studenten, docenten en bestuurders bijna altijd positief zijn, blijkt het lastig te zijn om theater een vaste, reguliere, plek te geven in het onderwijs. Ergens stokt het. Het lijkt er een beetje op dat theater op zijn best wordt gezien als een, verfrissende, onderbreking van de normale gang van zaken, een ‘pauzeact’. “Leuk, maar nu gaan we weer verder met echte werk”. Wanneer we duidelijk proberen te maken dat theater meer is dan een tussendoortje en het de kwaliteit van ons onderwijs kan verbeteren, lijkt dat nauwelijks aan te slaan. Docenten verwijzen snel naar praktische bezwaren (hoe te toetsen?), studenten zien het niet altijd als ‘echt’ onderwijs en bestuurders…tja, bestuurders….
In onze workshop willen we graag met de deelnemers uit andere landen van gedachten wisselen over de vraag hoe theater een vaste plaats kan krijgen in het (beroeps-)onderwijs, hoe het kan worden ‘opgeschaald’ tot een aspect van het onderwijs dat net zo gebruikelijk is als colleges, toetsen, werkgroepen, etc. We hopen met name van de collega’s uit andere landen te horen welke veranderende kracht zij theater toekennen en op welke manier zij de ervaren obstakels te lijf zijn gegaan.


Een verslag volgt dit najaar.

Plaats een reactie